Reisblog USA: When the roadtrip ends…

Aan alle goede dingen komt helaas een einde.

Dus helaas ook aan deze fantastische reis! Nadat we de Grand Canyon hadden bezocht, besloten we om flink wat miles te maken om wat eerder in Los Angeles te zijn. We stopten eerst bij het plaatsje Williams, wat eerst een slaperig dorpje leek maar ‘s avonds ontzettend sfeervol was. We aten bij een echte diner met neonborden,  live muziek, jaren 60 stijl en geheel in route 66 thema. Loved it! We kregen drinken in een beker die zo groot was dat je met de inhoud de Amazone kon blussen (ja, dit is weer Jeroen-stijl overdreven maar hij was echt véél te groot) en gingen daarna op een (niet succesvolle) souvernirshunt. Prima plek voor een tussenstop!
IMG_1495
We besloten dat we eigenlijk misschien toch wel naar San Diego wilde gaan en maakte de volgende stop in het plaatsje Blythe. Dit was gewoon eigenlijk een dorre hoop zand waar wat mensen in waren gepleurd om het te bewonen. Ons hotel was op zich prima (het had een zwembad en het was die dag 32 graden dus YASS!) maar wat we van Blythe hebben meegekregen is dat het een troosteloos stukje grond is dat enkel dient als tussenstop naar Los Angeles. Sorry als ik nu trotse inwoners tegen het been schop maar come on, Blythe… get it together.
De dag er na tufte we naar San Diego, een stad met veel meer karakter dan de voorgaande stadjes. Dat het vlak bij de Mexicaanse grens ligt is ook wel duidelijk te zien, al wagen wij ons niet meer aan taco’s sinds het fiasco met Taco Bell. Had ik dat al gemeld? Wij haten Taco Bell. Onze enige ervaring is dat we na 40 min wachten (bij een fast food restaurant, jawel) een hapje lauwe blubber kregen dat waarschijnlijk nog slechter smaakte dan de insectenderrie op de voorkant van onze bumper. Of in Jeroen-taal: het was een hapje kots dat van de straat was geschraapt nadat de meest ranzige zwerver van het westelijk halfrond het vier dagen geleden had neergekwakt. En dat op een gedroogd stuk vel dat een taco voor moest stellen.
Het was Taco Hell. Nooit meer voor ons.
Gelukkig had San Diego ook andere dingen te bieden dan taco’s (een gezellige pier, een mooi park, een ontzettend druk wegennet). Het was zeker de moeite waard om die uitstap te maken, ook omdat de weg naar L.A daardoor langs de kust voer.

IMG_1535

En dan Los Angeles. De weg er heen was niets minder dan de hel. Ik vind dat ik zelf wel best kan rijden, maar blijkbaar kan vrijwel niemand anders op de weg dat. Of in ieder geval naar mijn standaard. Wat een drama! De stad zelf was heet, vies en druk. Sorry Los Angeles, maar wat een puinbak ben jij op bepaalde punten! We zijn naar de walk of fame geweest in de bloedhete zon, waarna Jeroen smolt als een perenijsje en Armindo zo oververhit raakte dat je een eitje op hem kon bakken. We hadden de energie niet eens om Trump op zijn ster te stampen en hebben hem met een boze blik weg laten komen. ’s Avonds probeerde nog ergens te komen om nog wat te gaan doen, maar nadat we 50 minuten op een niet verschijnende bus hebben gewacht (het enige wat verscheen was een roggelende man in een rolstoel die om de vijf minuten de inhoud van zijn maag op de grond smeet) hebben we het opgegeven. Net nadat we tien meter waren weg gelopen, kwam die rotbus natuurlijk voorbij. Roggelman staat waarschijnlijk nog steeds op de heuvel zijn ingewanden op te hoesten.

Gelukkig was de laatste dag geweldig. We vluchtte naar Santa Monica, naar de pier. Hier was zeewind (hoera!) souvenirs (mislukt!) en zee! Armindo en ik zijn als een stel dolgelukkige zeehonden het water ingerend om tegen de golven in te springen terwijl Jeroen weigerde om naar ons te zwaaien vanaf het strand. Wat was dat even lekker zeg! ❤ Santa Monica was echt een leuke laatste uitstap, ondanks de 1,5 uur durende reis (dankzij een metro die overal wil stoppen). We moesten daarna de koffers inpakken in ons meest skere appartement dat we hebben gezien (zelfs wc papier zat niet inbegrepen) om de volgende ochtend op tijd Dutch Karu in te leveren bij de dealer. Dit was toch wel even een emotioneel moment (dat na 1 seconde werd afgekapt door de verhuurder die ons sommeerde onze spullen uit de auto te halen en de bus naar de luchthaven te nemen). *Trump voice aan* Dutch Karu was the best car, he was. We loved him, people love him. Never had any better, i tell ya.*Trump voice uit*

En toen was het Go-time. Ruim 10 uur in het vliegtuig (waarvan na 2,5 uur het entertainment systeem uit viel en ik ruzie wilde maken met alle mensen om me heen omdat ze zo enorm asociaal waren, maar ruzie maken met vreemden niet in mijn aard zit) en niet echt goed kunnen slapen helaas. Maar goed, we zijn inmiddels weer thuis. De stilte is oorverdovend, en hoewel ik straks waarschijnlijk geweldig ga slapen mis ik mijn reisbroeders nu al. Armindo en Jeroen zijn grote lieverds waarmee je kunt huilen van het lachen, zwemmen in een koud meer, rijden als een t-rex, schelden naar de Taco Bell, volproppen bij de Denny’s en gewoon een onwijs mooie tijd mee kan beleven, waar je ook bent. Amerika is een land met veel diversiteit (de eind conclusies van alle locaties komen in mijn laatste blog!) en veel ups en downs. Er kan in elk geval weer één geweldige reis van mijn bucketlist worden afgestreept!

So long, ‘Murica!

IMG_0335

Plaats een reactie