Reisblog USA: When the roadtrip ends…

Aan alle goede dingen komt helaas een einde.

Dus helaas ook aan deze fantastische reis! Nadat we de Grand Canyon hadden bezocht, besloten we om flink wat miles te maken om wat eerder in Los Angeles te zijn. We stopten eerst bij het plaatsje Williams, wat eerst een slaperig dorpje leek maar ‘s avonds ontzettend sfeervol was. We aten bij een echte diner met neonborden,  live muziek, jaren 60 stijl en geheel in route 66 thema. Loved it! We kregen drinken in een beker die zo groot was dat je met de inhoud de Amazone kon blussen (ja, dit is weer Jeroen-stijl overdreven maar hij was echt véél te groot) en gingen daarna op een (niet succesvolle) souvernirshunt. Prima plek voor een tussenstop!
IMG_1495
We besloten dat we eigenlijk misschien toch wel naar San Diego wilde gaan en maakte de volgende stop in het plaatsje Blythe. Dit was gewoon eigenlijk een dorre hoop zand waar wat mensen in waren gepleurd om het te bewonen. Ons hotel was op zich prima (het had een zwembad en het was die dag 32 graden dus YASS!) maar wat we van Blythe hebben meegekregen is dat het een troosteloos stukje grond is dat enkel dient als tussenstop naar Los Angeles. Sorry als ik nu trotse inwoners tegen het been schop maar come on, Blythe… get it together.
De dag er na tufte we naar San Diego, een stad met veel meer karakter dan de voorgaande stadjes. Dat het vlak bij de Mexicaanse grens ligt is ook wel duidelijk te zien, al wagen wij ons niet meer aan taco’s sinds het fiasco met Taco Bell. Had ik dat al gemeld? Wij haten Taco Bell. Onze enige ervaring is dat we na 40 min wachten (bij een fast food restaurant, jawel) een hapje lauwe blubber kregen dat waarschijnlijk nog slechter smaakte dan de insectenderrie op de voorkant van onze bumper. Of in Jeroen-taal: het was een hapje kots dat van de straat was geschraapt nadat de meest ranzige zwerver van het westelijk halfrond het vier dagen geleden had neergekwakt. En dat op een gedroogd stuk vel dat een taco voor moest stellen.
Het was Taco Hell. Nooit meer voor ons.
Gelukkig had San Diego ook andere dingen te bieden dan taco’s (een gezellige pier, een mooi park, een ontzettend druk wegennet). Het was zeker de moeite waard om die uitstap te maken, ook omdat de weg naar L.A daardoor langs de kust voer.

IMG_1535

En dan Los Angeles. De weg er heen was niets minder dan de hel. Ik vind dat ik zelf wel best kan rijden, maar blijkbaar kan vrijwel niemand anders op de weg dat. Of in ieder geval naar mijn standaard. Wat een drama! De stad zelf was heet, vies en druk. Sorry Los Angeles, maar wat een puinbak ben jij op bepaalde punten! We zijn naar de walk of fame geweest in de bloedhete zon, waarna Jeroen smolt als een perenijsje en Armindo zo oververhit raakte dat je een eitje op hem kon bakken. We hadden de energie niet eens om Trump op zijn ster te stampen en hebben hem met een boze blik weg laten komen. ’s Avonds probeerde nog ergens te komen om nog wat te gaan doen, maar nadat we 50 minuten op een niet verschijnende bus hebben gewacht (het enige wat verscheen was een roggelende man in een rolstoel die om de vijf minuten de inhoud van zijn maag op de grond smeet) hebben we het opgegeven. Net nadat we tien meter waren weg gelopen, kwam die rotbus natuurlijk voorbij. Roggelman staat waarschijnlijk nog steeds op de heuvel zijn ingewanden op te hoesten.

Gelukkig was de laatste dag geweldig. We vluchtte naar Santa Monica, naar de pier. Hier was zeewind (hoera!) souvenirs (mislukt!) en zee! Armindo en ik zijn als een stel dolgelukkige zeehonden het water ingerend om tegen de golven in te springen terwijl Jeroen weigerde om naar ons te zwaaien vanaf het strand. Wat was dat even lekker zeg! ❤ Santa Monica was echt een leuke laatste uitstap, ondanks de 1,5 uur durende reis (dankzij een metro die overal wil stoppen). We moesten daarna de koffers inpakken in ons meest skere appartement dat we hebben gezien (zelfs wc papier zat niet inbegrepen) om de volgende ochtend op tijd Dutch Karu in te leveren bij de dealer. Dit was toch wel even een emotioneel moment (dat na 1 seconde werd afgekapt door de verhuurder die ons sommeerde onze spullen uit de auto te halen en de bus naar de luchthaven te nemen). *Trump voice aan* Dutch Karu was the best car, he was. We loved him, people love him. Never had any better, i tell ya.*Trump voice uit*

En toen was het Go-time. Ruim 10 uur in het vliegtuig (waarvan na 2,5 uur het entertainment systeem uit viel en ik ruzie wilde maken met alle mensen om me heen omdat ze zo enorm asociaal waren, maar ruzie maken met vreemden niet in mijn aard zit) en niet echt goed kunnen slapen helaas. Maar goed, we zijn inmiddels weer thuis. De stilte is oorverdovend, en hoewel ik straks waarschijnlijk geweldig ga slapen mis ik mijn reisbroeders nu al. Armindo en Jeroen zijn grote lieverds waarmee je kunt huilen van het lachen, zwemmen in een koud meer, rijden als een t-rex, schelden naar de Taco Bell, volproppen bij de Denny’s en gewoon een onwijs mooie tijd mee kan beleven, waar je ook bent. Amerika is een land met veel diversiteit (de eind conclusies van alle locaties komen in mijn laatste blog!) en veel ups en downs. Er kan in elk geval weer één geweldige reis van mijn bucketlist worden afgestreept!

So long, ‘Murica!

IMG_0335

Reisblog USA: When you wake up…

In a Tipi

Nadat we Fresco achter ons hadden gelaten, met het geweldige maar enigszins eigenaardige air BNB huis,  vertrokken we naar Bakersfield.  Dit was eigenlijk puur een tussenstop nadat we Sequoia National Forrest hadden bezocht. Hier stonden bomen van tachtigmiljoen jaar oud – oké dat is overdreven- de oudste boom was 2200 jaar oud en heet Sherman. Sherman heeft me goed aan het denken gezet,  ik heb Jeroen de belangrijke vraag gesteld waar hij had willen staan als hij een boom was geweest. Ja, na 3 weken roadtrippen komen de diepere onderwerpen ook naar boven. Dus voor alle lezers van deze blog: waar zou jij willen staan als je een boom was? B16898E0-8C20-420E-A9C0-0AA9132F98B2

Helaas hebben we wederom geen beer ontmoet, ondanks de waarschuwingsborden. Deze kunnen we inmiddels verzamelen, want de rij dieren die we hadden kunnen aanrijden bestaat uit koeien, paarden, beren, puma’s, eekhoorns, elanden en uiteraard de altijd verkeershatende herten. Het klinkt nu alsof we met opzet deze dieren hebben proberen aan te rijden (wat uiteraard niet het geval was) maar er lagen toch regelmatig dode dieren aan de kant van de weg, helaas. De enige dieren die wij nog met regelmaat vermorzelen met Dutch Karu (de naam van onze auto) zijn insecten. Daar zit nog steeds een buffet van aan de bumper gekleefd. Helaas hebben wij weinig van de op het bord genoemde dieren mogen ontmoeten. Of in de meeste gevallen misschien ook maar beter…

Na Bakersfield hadden we nog een lunch in Barstow, een plaatsje dat voornamelijk bekend staat om zijn banden met route 66. We besloten naar een ghost town te gaan, Calico, wat iets verder op lag. Hoewel ik er nog redelijk neutraal over ben, vonden Jeroen en Armindo het vreselijk. Het was heet, er waren geen spoken en de meeste verlaten huizen waren opgevuld door souvenirswinkels. Het was niet zo indrukwekkend als ik had gehoopt, maar misschien hadden we de boel niet moeten hypen door knalhard met de Ghostbusters themesong er in volle vaart heen te rijden.
Daarna kwamen we dan eindelijk aan in Las Vegas. Ja, wat kan ik zeggen over Las Vegas. Het is een pretpark voor volwassenen die van gokken en spelletjes houden in de nacht.  Het is overdag net zo interessant als Zandvoort in mid-winter : troosteloos en lelijk,  met als enige verschil dat de temperatuur zo hoog blijft dat zelfs ik ben verbrand.  Ik verbrand vrijwel nooit, maar mijn benen zijn inmiddels zo wit van het zonontwijken afgelopen jaren dat ze deze stralen niet zagen aankomen. In Vegas hebben we dus eigenlijk alleen maar aan het zwembad gezeten en een klein beetje gegokt. Zelfs Jeroen, die een steeds hoger oplopend bedrag is kwijtgeraakt  aan  een pandabeer naarmate de tijd verstrekt. (Niet dat het bedrag groter werd,  het verhaal werd gewoon sterker) . We raakte zelfs  al verdwaald in ons hotel, dus meer had er ook niet hoeven gebeuren…
And thats all i can say about Las Vegas.

Na Las Vegas had ik hoofdpijn  (nee, niet van die cocktail, waarschijnlijk gewoon van de hitte)  en hadden we een flinke reis gepland. Of dat slim was, laten we in het  midden. We waren binnen het uur door Zion gecrosst omdat we niet door hadden dat we al richting de volgende uitgang reden. Dat was een beetje Zionde. (Jeroen gaat me een rode kaart geven voor deze woordgrap).  Daarna kwamen we met zonsondergang bij Bryce Canyon aan. Hier hebben we nog genoten van het uitzicht voordat we naar een lodge in de bergen gingen. Dit was eigenlijk een ski-vakantie oord, waar we  nu voor ons budget prima konden vertoeven voor een nacht. We hebben de beste hamburger van ons leven gegeten (oké, Armindo en ik. Jeroen had chicken wings). Je verwacht niet dat wanneer je hongerig aankomt bij een lodge in de bergen en de keuken nog 20 min open is, om de burger van je  leven te ontmoeten. Als we nog in Vegas waren, dan waren we er mee getrouwd. Deze burger was precies wat een stel hongerige Nederlanders nodig hadden. Ik mis hem nu nog.
We waren zo moe dat we bijna geen energie hadden om een tour naar Antelopes canyon te boeken, die we blijkbaar al véél eerder hadden moeten regelen want bijna alles zat vol. Gelukkig lukte het nog, ook al was het nogal twijfelachtig of ik wel foto’s kon maken (mocht namelijk geen tas mee) en of dit wel geschikt was voor ons. Overal staat namelijk het woordje ‘hike’. Dat vind ik maar een beetje vaag begrip, in mijn ogen is het een beetje extreem wandelen. Gelukkig was deze ‘hike’  heel goed te doen en zeker aan te raden voor iedereen, ook als je net als ik totaal niet in vorm bent en beter de burger van je leven had kunnen  laten staan voor de salade van dat moment. Ik had ons dus de volgende ochtend als een dril sergant (zoals de boys het noemen) de auto in geduwd.  We hadden een tijdsverschil tussen Utah en Arizona en zouden (volgens onze logica) een uur verliezen, waardoor we uiterlijk half 10 in de auto moesten zitten.  Armindo is een man van alles op zijn gemakje doen en Jeroen is deze vakantie al benoemd tot Pee-King, en ik (vrijwel altijd overal te vroeg aanwezig) wilde deze jongens op tijd in die Canyon krijgen.
Hoe het precies verkeerd is gegaan is nog niet helemaal duidelijk, maar we arriveerde 2,5 uur te vroeg. Tja. Sorry, not sorry though.
We hadden tourguide Eugene (die na die dag een andere baan kreeg) en het was een hele gezellige tour.  We proeften hier wel direct de sfeer en de houding  van veel native Amerikanen. Anders dan de zo opgewekte (haast té) vriendelijke westerse Amerikanen, was er in deze gemeenschap duidelijk een probleem en een mening over dit probleem.  Iets wat eigenlijk alleen maar interessanter is.  We sliepen die avond dan ook in een tipi tent bij Oljato Monument Valley. Hoewel de mannen last hadden van de kou (ondanks dat zij een extra deken hadden), de wilde honden en elkaar,  was ik lekker aan het slapen in de tipi. Heerlijk, had het zo nog een nacht gedaan! Wat een ervaring! De host was niet bepaald sociaal, we werden half de tent in gesmeten en daarna aan ons lot over gelaten, om vervolgens andere gestrande toeristen te moeten opvangen omdat de host weg was gegaan en ook niet meer op kwam draven tot de volgende ochtend. We waren blij dat het voor ons in elk geval was geregeld.
Daarna vertrokken we naar de Grand Canyon. Ik zal zeggen: de Grand Canyon is iets dat ik gewoon in mijn leven wil hebben gezien, en ik heb hem gezien. En na een paar bochten zag ik hem weer. En na een half uur verder rijden weer. En toen was het wel even klaar met de Grand Canyon. Don’t skip it- but don’t get hyped either.

Thats all for now, see ya in L.A – ons eindpunt alweer! 😥

 

ED981785-38AD-446E-AEC6-2405F72C5FE1

03C2A380-C55B-4FDD-B98B-2987643CDA93

B78C9868-E361-4744-B340-C921CAF7C5D3

E739203C-1722-4344-BC19-7AB4F2576BAF74A88911-2816-4DD4-B58B-8AA72C9041D17EFBA80E-8AB6-4E09-AD36-2A1CD6348C0E07F91C25-AB79-4CE5-935A-56429F08DD2F

12E6AEB6-E609-49A9-889D-88962AA0E8BC

Reisblog USA: When you waste your time…

In de file Americén

Of ook wel de Amerikaanse file genoemd. Lake Tahoe was leuk, maar het was een stuk aangenamer geweest als we niet uren in de file hadden hoeven te staan. Het is een prachtig meer, maar de wegwerkzaamheden in Amerika gaan toch wat anders dan in Nederland. Men gaat midden op de dag een weg open halen, waar ze een of andere neergeslagen medewerker met een stopbord op de weg dumpen die het verkeer moet fixen.
Helaas hebben we hier wat tijd door verspild en heb ik niet alle plaatsen kunnen bezoeken die ik had gewild, maar Tahoe was desalniettemin een mooie plek.

AEA4234E-672D-436D-9FAE-C3CA33147474

Na Lake Tahoe was het weer tijd om onze inner hipster uit de kast te halen: San Francisco was aan de beurt! Ik reed er met goede moed heen en kwam aan het staartje van de reis terecht in een soort wervelstorm van auto’s dat ze in San Francisco nog gewoon ‘de spits’ durven te noemen. Als een echte latina schold ik ze natuurlijk allemaal de huid vol, echter verstond niemand mij of trok zich iets van onze (inmiddels met insect besmeurde) Dodge aan. De auto bleef daarna ook het hele weekend op de oprit staan.
San Francisco was precies wat we er van hadden verwacht : hip, vooruitstrevend en kleurrijk. Soms drukker dan we hadden verwacht (lees: gewenst), soms diverser dan we hadden gehoopt, met nog altijd een aanhoudende stormvloed van zwervers. Hoewel we wisten dat dit bestond, blijft het toch raar om zoveel zwervers te zien in een land dat wij als welvarend beschouwen. Of nou ja, dat zichzelf in de meeste dingen de best vindt. Men is hier enorm patriotic, vaderlandlievend. De gemiddelde Nederlander hangt misschien niet eens meer de vlag buiten met speciale gelegenheden, als ze er überhaupt al een hebben. De Amerikaanse vlag komt zo vaak voorbij dat we ons afvragen of men wellicht anders vergeet in welk land ze zijn. We spelen het spel ‘spot de vlag’ – wanneer je een vlag ziet van Amerika, dan roep je ‘Muricah!’.  Punten tellen doen we niet, want dan hadden we allemaal al een trutjeroen aan punten. Het aantal vlaggen dat wij per straat ophangen met Bevrijdingsdag is ongeveer het gemiddelde per Amerikaanse straat op een gewone donderdag middag.

San Francisco leek íetsjes minder into de vlag en meer into recyclen, kunst en hele dikke zeeleeuwen die een uur in de wind stonken op pier 39. Super leuke beesten, maar wat een herrie en wat een stank! Het was geweldig om te zien hoe ze elkaar van de pier af beukten alsof het gangbeast was (PSP spel), maar na een paar minuten vonden we het wel genoeg en gingen verder met shoppen. Frisco heeft behoorlijk wat winkelcentra, de een interessanter dan de ander, en nadat ik mijn liefde tegen ben gekomen in de vorm van een multikleurige trui, ben ik happy mee gegaan naar Palace of Fine arts. Een neoklassiek bouwwerk dat redelijk afstak tegen de rest van de schattige huizen in San Francisco. Het bouwwerk was overigens wel mooi, maar eigenlijk vind ik de gekleurde huizen in (vrijwel geheel) San Francisco het mooist. Waarom we in Nederland van die saaihazen zijn weet ik niet. De bouwstijl van de huizen in SFO… i loef! So hard!

D9FAFD50-2923-44BC-BAD0-9493679F70FC
Verder was het eten in Frisco niet perse wat we hadden verwacht. De sushi / ramen was ronduit teleurstellend, de rest was nogal duur of overrated. Of, in het geval van het scoren van die goede donut,  gewoon al op voordat het 13:00 uur was. De Golden Gate brug had er ook weinig zin in : die was amper zichtbaar door het tegenlicht. Natuurlijk ook wel deels onze eigen schuld, maar toch. Come on,  Golden gate! We hebben ook nog redelijk wat ge-Ubert (kwam qua kosten niet heel veel hoger uit dan het OV) en Jeroen heeft meerdere keren een onbekende auto aan proberen te houden om diegene te dwingen tot het uberen van onze reis. Ook stapte we soms in een bus waarbij we de halte miste of véél te vroeg uitstapte en naar  de volgende halte moesten sjokken om vervolgens een sassy blik van de buschauffeur te krijgen. Maar aan de andere kant bemoeiden mensen zich ook massaal met je als ze doorhadden dat je een toerist was die de weg niet wist. Hoewel we in Nederland toch een bepaald beeld hebben van Amerikanen, kunnen we hier een puntje aan zuigen : men is veel meer begaan met elkaar en de Amerikanen die wij zijn tegen gekomen zijn allemaal heel sociaal en vriendelijk. Alsof wij de eerste Europese toeristen zijn die het in hun hoofd halen om een rondreis te maken.
Al leek dat in Fresno echt zo te zijn – toen we daar aan kwamen werd ons meerdere malen gevraagd of we op vakantie waren, en wat we daar dan in vredesnaam deden.  Toen we zeiden dat we naar Yosemite National Park gingen, klaarde de Fresnoten (ik heb geen idee hoe je inwoners van Fresno noemt) meteen weer op. Blijkbaar had Fresno niet alleen buiten de stad een bepaalde reputatie, ook de stad zelf was niet dol op zichzelf. In Fresno hadden we wel een bijzondere Air BNB : een flink huis met drie enorme slaapkamers en zwembad. Het gehele huis stond vol met prullaria. Iemand die mij goed kent zal zeggen dat mijn huis vol staat met prullaria, maar geloof me – dit huis is de duidelijke Oscar winnaar van prullaria,  waar mijn huis nog niet eens in de buurt van nominatie komt. En spiegels. Het huis had tien trutjeroen aan spiegels. Het werd zelfs een beetje creepy op sommige momenten, maar we hebben er toch prima geslapen verder.

We zaten alleen in Fresno om Yosemite te bezoeken, wat net zo indrukwekkend was als ik me had voorgesteld. Hoewel het er van een echte hike niet kwam (gelukkig voor mij, mijn huidige fysiek is niet voorbereid op dit soort actieve grapjes) hebben we toch geweldige stukken van het park gezien. Het was mijn beurt om te rijden en ik zag er een beetje tegenop,  maar het ging allemaal prima. Ik denk wel dat mijn ouders een hartverzakking zouden krijgen als ze de scherpe bochten zonder vangrail zouden zien.
Helaas hebben we tot op heden geen beer kunnen spotten.  Graag had ik een beer in het wild gezien, van een afstand want ik wil niet dood verder. Maar waarschijnlijk zit het er niet meer in, ondanks alle borden op de weg met ‘over 1 mijl steekt er een beer over’. Er zijn precies 0 beren over gestoken. Jammer dit. Ik heb daarom maar het spel ‘Bears VS Barbies’  gekocht. Nog niet gespeeld,  maar één van die twee gaan  gesloopt worden.

To be continued…

75D04D84-8ECA-487D-A507-3A29B2CBDD72

 

Reisblog USA: When you go to…

A shitty hotel.

Nadat we uit het bedwans hotel waren ontsnapt met een getraumatiseerde Armindo, hadden we de meest schattige air BNB gevonden vlak bij Portland. Portland zelf was regenachtig (wat niets nieuws was voor die stad en ook niet voor drie Hollanders) maar wat een geweldig leuke stad! Je inner hipster kwam helemaal naar boven. Een geweldige boekwinkel (Powell’s Bookstore), super leuke grafitti en ontzettend hippe koffie tentjes. We dachten dat Portland vol zat met hipsters maar dat bleken soms zwervers te zijn. Moeilijk uit elkaar te halen soms, maar als het een iPhone heeft dan is het een hipster en als het een slaapzak heeft dan is het in de meeste gevallen een zwerver. Of een hele goedkope toerist.

We hebben in Portland eigenlijk niet veel anders gedaan dan winkelen en door de straten lopen maar we vonden de stad ondanks de regen aan water en zwevers alsnog erg sfeervol. Don’t skip Portland als je gaat roadtrippen!
Na Portland reden we door naar Medford. We waren niet geïnteresseerd in deze plaats en namen een omweg via Crater Lake. Dit was een hele grote omweg maar het was het waard! Crater Lake zag pico bello uit en ik heb zelfs vrienden gemaakt met de lokale bosdieren. Helaas nog steeds geen beer gezien.
We hebben de meest afschuwelijke panorama foto gemaakt waarin Jeroen zo enorm vervormd werd dat het leek alsof hij vier koppen uit zichzelf had zitten groeien. Als het meer nog niet vol genoeg was, dan gooiden wij er wat tranen van het lachen bij.

Aan het eind van de dag kwamen we dus aan in Medford. Hier werd Armindo direct opgepakt door de lokale politie. Ik zal het verhaal op z’n Jeroens vertellen (en daarna de waarheid): Armindo reed als een gek door de straat, slingerend als een zuiplap, op zoek naar ons motel. Hij begon te spookrijder want YOLO. De politie zag hem rijden en greep hem in de kraag: ‘What the hell are you doing?!’  hup, in de boeien en mee naar het bureau waar hij een nacht in de cel heeft gezeten.
Nu de waarheid: We konden ons hotel niet vinden en hadden niet door dat het een eenbaanswegen was. Hierdoor heeft Armindo ongeveer 10 meter tegen de richting ingereden, precies voor de neus van de politie. De agente kwam wel met ‘what the hell are you doing?’  aangewaggeld, maar toen ze zag dat ze drie verdwaalde toeristen aan de haak had geslagen,  hielp ze ons met het zoeken van het hotel zonder verdere vragen of boetes. Maar wel met de waarschuwing : de hotels aan deze straat zijn niet zo goed… de buurt was niet zo fijn. De agente was bezig met een gestolen auto te registreren toen wij voorbij kwamen spookrijden.
Dat hebben we geweten. Mijn kingsize bed was dan wel kingsize, de kamer stonk zo naar rook dat een gemiddeld bruin café er niets bij was. Veel lampen deden het niet, de badkamer was absoluut niet Rob Geus proef en de gordijnen hadden vlekken waarvan de oorsprong niet achterhaald hoefde te worden. Er lag een tapijt op de vloer die met alle waarschijnlijkheid het ontstaan van de aarde nog heeft mee gemaakt en de gasten die er waren hadden zo’n hoog tokkie gehalte dat het verheven kon worden tot een sport op de Olympische spelen.  Om je eerlijk er zeggen : ik heb me doodgelachen, want wat een avontuur weer. Maar liever niet meer.
Dan maar iets duurdere hotels en airBnB’s. Dat betekent gewoon geen traktatie wanneer ik jarig ben volgende maand, sorry guys.

802191D5-69C8-408C-B740-7C007B191A39

 

Gelukkig hadden we daarna een geweldige ranch gevonden op de rand van Nevada. Airbnb eigenaren Christine en Joseph heette ons van harte welkom en na een geweldige nacht onder de sterrenhemel op de ranch hebben we een bakkie koffie met ze gedronken voor we vertrokken. Wat een fantastische mensen! Als we niet weg waren gegaan, dan zat Jeroen nu nog met Joseph te beppen.
Christine gaf ons nog de tip om naar een Spa te gaan (beetje uit de route en had nogal een new-age sfeer) voordat we naar Lake Tahoe reden. Dat was heerlijk! En nodig, gezien we bij Lake Tahoe en file (zo genoemd de file American) hadden van wat naar onze mening meer dan 1 trutjeroen duurde. (Een trutjeroen is een ander woord voor overdreven veel).
Ons hotel in Tahoe is gelukkig prima in orde, zonder bedwanzen of de lucht van tachtig asbakken die zijn geleegd. Wij zijn helemaal happy.

D8EEBE86-EF5D-4473-A3FD-56960AD3043C

21874020-2B41-48D2-B456-5B1D8B3A5399

Reisblog USA: When you and your friends…

Go on a Roadtrip!

 

Hey guys, hier is hij dan – mijn eerste nieuwe reisblog! Vanaf een tablet, dus vergeef me de grammatica. De spatietoets op het toetsenbord doet moeilijk..
Onze reis begon woensdag 18 september, alles leek voorspoedig te gaan en we zaten ruim op tijd in het vliegtuig. Helaas besloot het grondpersoneel van KLM precies die dag te staken waardoor we 2,5 uur in het vliegtuig vast zaten.De reis duurde hierdoor dus 12uur in plaats van 9,5 uur maar ach – vakantie is vakantie. Verder was het een fijne vlucht dus niks te klagen.

We kwamen hierdoor wel ook ruim 3 uur later bij het hotel aan en hadden helaas geen tijd om die avond Vancouver verder te bekijken, maar dat was geen punt. De volgende dag hadden we alle tijd. We begonnen aan een twijfelachtig ontbijt met droge scones en eieren die we uit het ijs moesten halen (review over het ontbijt: 0 sterren). Daarna vertrokken we naar het centrum van Vancouver om Gasttown te bekijken (dit zou een leuk deel van Vancouver zijn). Nadat we de bushalte finaal hadden gemist, besloot de buschauffeur ook nog eens dat hij geen zin had om Armindo naar buiten te laten, wat resulteerde in dat hij door half Vancouver mee werd gesleurd voordat we hem terugvonden. (Oké, dat is op z’n Jeroens overdreven, we kwamen hem halverwege de volgende halte weer tegen). Buschauffeur Henk (zo hebben we hem genoemd) was niet in een opperst beste bui.
Daarna zijn we naar Stanley Park gegaan voor een wandeling, wat een leuke wandeling opleverde en een mooi stukje geschiedenis van Vancouver. Omdat we eigenlijk te kort in Vancouver waren om nog echt iets bijzonders te gaan doen, besloten we om naar een paar vogels te gaan kijken in een kas ergens op een berg. In de miezer regen. Eerlijk gezegd werd ik er niet blij van, maar we hebben het gedaan.  Dat is wat ik er over kwijt kan. We vertrokken die nacht vroeg om de Greyhound bus te nemen naar Seattle en lieten Canada achter ons. Om je de waarheid te zeggen: het beeld dat ik voornamelijk van Canada heb nu is dat het een moderne plaats is vol natuur en zwervers. Man, wat zaten er veel zwervers in Vancouver.

 

Seattle was daar misschien niet heel veel anders in, maar ik vond de stad wel meer charme hebben. Waarschijnlijk heb ik Vancouver ook geen eerlijke kans kunnen geven, en ook Seattle heb ik maar kort gezien maar de stad vond ik wel hip. We hebben hier onze auto opgehaald; een Dodge. Een bakbeest van een SUV die zowel luxe als sexy is. We love our Dodge. We zijn op de Space Needle geweest, waarbij Armindo en ik nog even moed moesten verzamelen om op de glazen vloer te gaan staan. Jeroen banjerde er overheen alsof hij de vierdaagse er op wilde lopen. Het was helaas verder haast onmogelijk om voor schappelijke tarieven te parkeren waardoor we een beetje ronddwaalde in Seattle en niet veel meer hebben kunnen doen. ‘S Avonds eindigden we bij een kip restaurant dat Sisters & Brothers heet en vlak bij het Boeing industrie terrein ligt. Als je ooit die kant op gaat – de beste kip ever! Geweldige tent, sassy personeel en hippe inrichting. We loved it!
Armindo kwam er achter dat hij zijn toilet tas was vergeten in Canada (we geven hier Henk de schuld van),  en we kregen nog een paar tips van de balie medewerker voor de volgend dag. In Oregon was een geweldig stadje: Astoria.

Het was mijn beurt om te rijden en we gingen een reis van meer dan 3,5 uur tegemoet naar Astoria,  maar dat was meer dan de moeite waard! Wat een enorm karakteristiek en lief stadje! Onderweg hadden we geweldige uitzichten en toen we aankwamen hebben we heerlijk geluncht aan het water. Daarna reden we door naar Cannon Beach. Ook zeker een aanrader als je tijd hebt (en nog fijner als het mooi weer is, zoals bij ons) want het is een zeer fotogeniek strand!  Dit was wel nog 45 min rijden vanaf Astoria, en we moesten toen nog eens 2 uur terug, dus totaal had ik bijna 5 uur gereden. Het motel waar we kwamen was helaas niet zoals we hoopten…Jeroen en ik deelden een kamer en Armindo kreeg een eigen kamer, echter was hij niet alleen. Bedwanzen hadden het voorzien op onze Reisvader (zijn bijnaam) en hij vluchtte direct zijn kamer uit. Helaas sliepen Jeroen en ik al als een blok dankzij een slaappilletje en hoorde we zijn wanhoopskreten niet. Dit resulteerde er in dat de arme man in de auto moest slapen. Bedwanzen 1, Armindo 0.
Bah.

Vandaag waren we naar Portland gegaan (met een uitgeputte Armindo), en ondanks de regen vonden we dit een fantastische stad. We hebben lekker in het centrum rond gewaggeld, wat heel erg hip er uit ziet. Mooie graffiti, stijlvolle gebouwen, hippe koffie tentjes…. een hipster walhalla. Niet overslaan dus bij een road trip!
Om Armindo z’n motel angst een beetje tegemoet te komen zitten we nu in een AirBnB. Super schattig en klein (misschien iets té..) en in ieder geval schoon. Geen zwervers, geen Henk en geen bedwanzen. Weltrusten!

 

Going USA

Hey guys!

Voor mijn gevoel is het een miljoen jaar geleden sinds ik heb geblogd. In een paar maanden tijd is ook veel veranderd. Ik heb in december bij mijn (nieuwe) baan twee vliegtickets gewonnen voor een bestemming naar keuze, dus ik ga morgen een hele mooie reis maken door de Verenigde Staten. We gaan beginnen in Vancouver (Ja i know, dat is Canada) en dan via Seattle en Portland richting San Francisco. We willen een dagje naar Lake Tahoe en Yosemite Park, dan verder naar beneden om uiteindelijk oost te rijden naar Las Vegas en the Grand Canyon. Uiteindelijk willen we dan via Palm Springs richting Los Angeles om vanaf daar weer naar huis te vliegen. We hebben inmiddels al zo veel tips gekregen, maar als je reistips hebt : altijd welkom!

We gaan bijna een maand weg, dit wordt de eerste keer dat ik ook écht uit een koffer moet gaan leven want we gaan road trippen. En met ‘we’ bedoel ik onze Japan Fellowship ‘Caroendo’ ; Carin, Jeroen, Armindo. Of onze Amerikaanse namen Armoney, Little Cash en Jeroen Gold Dikker. Hoewel die zijn bijnaam vast niet waar maakt.
We hebben onze eerste auto vorige maand weten te upgraden naar een mini-van, dus we gaan full soccermom door de states. Dit zorgt er voor dat ik in ieder geval makkelijker mijn koffer mee kan nemen, en ik heb besloten om mijn enorme franse bulldog koffer thuis te laten omdat deze in Japan toch best wel veel gedoe gaf. Aangezien we nu bijna elke dag ergens anders zullen slapen, is een compacter model wel wat handiger. Wel vervelend, wat je blijft een vrouw – alle kleren moeten mee.

We gaan ook ongetwijfeld veel wandelen, en dat is ook wel nodig want ik ben afgelopen jaar veel te dik geworden. Kan daar wel om heen praten, maar dat is gewoon zo. Gelukkig voor mij is Amerika precies het land waar je niet perse opvalt als je een maatje meer hebt. Nadelig is dat ik er ook niet veel gezonder op zal worden met het gemiddelde menu. Jeroen is een flink aantal kilo’s kwijt en Armindo weegt volgens mij nooit meer dan een luchtscheet dus dat wordt nog een karwei om die twee bij te houden. Dat lukte me in Japan al niet eens. Zwemmend zou me dat wel prima afgaan. Ik heb heel veel zin om te zwemmen – en Jeroen gaat Lake Tahoe in, goedschiks of kwaadschiks.
Of ik veel kan bloggen is even de vraag – ik heb wel gewoon een simkaart met data, dus dat is het punt niet. Maar tijd… dat zullen we zien. Ik moet nu ook vanaf een iPad werken dus dat gaat allemaal net even wat anders.  Volg me in ieder geval op mijn Instagram voor foto’s en stories @carinivana en voor de mensen die geen Instagram hebben : het is gratis he 😉

xxx

 

Reisblog Japan : Laatste dagen Tokyo (deel6)

Harajuku Shoplevel 100

Op zondag was het een drukte van jewelste bij Takeshita street in Harajuku.
Eerst waren we naar Yoyogi Park gegaan, maar of we die nu echt hebben gevonden of puur alleen de tempel is nog steeds niet helemaal duidelijk. We waren ook best moe – na ruim twee weken lopen hadden we alle drie ook niet echt de behoefte om heel veel verder te zoeken. Dus kwamen we bij Harajuku uit. Hier waren we in het begin van de reis al geweest, maar waren geëindigd op het de niet echt bruisende Cat Street. Takeshita street was het tegenovergestelde. Denk de Kalverstraat in en dan helemaal vol met mensen alsof je in de rij staat voor de Golliath in Walibi. Het was belachelijk druk!
Jeroen kon het niet aan. Na een stuk of acht Japanners tegen de grond te hebben gedrukt was hij het zat en vluchtte als een dolle neushoorn een zijstraat in. (Ja, dit is overdreven maar hey, zo zou Jeroen het ook omschrijven).
Daar hebben we overigens het meest leuke cafeetje ooit gevonden en namen we een heerlijk bakje koffie in een enorm schattig vintage kopje. Dus als je ooit in Harajuku rond loopt en even rust wil in een klein schattig straatje, zet Google Maps dan even aan en zoek naar Lusso Cafe Harajuku.

Hoewel Harajuku niet meer de buurt is zoals hij geweest was, kun je hier aardig shoppen voor vintage spulletjes, gekke kleding en schattige souvenirs. Alleen moet je wel shoplevel 80 hebben op zijn minst. Anders eindig je net als Jeroen aan de beademing ergens in een steegje.
Takeshita is echt alleen voor ervaren shoppers.

Purikura

Die avond namen we afscheid van Amy (een vriendin van Armindo) en hebben we nog een mooie wandeling door het park gedaan. Het idee was de sakura by night te zien, maar de verlichting liet af en toe wel wat steekjes vallen. Desalniettemin was het een leuke avond en hebben we nog een foto gemaakt in de Purikura. Als ik dit nog niet heb uitgelegd in mijn vorige blogs en je hebt mijn Facebook profiel foto nog niet gespot : Dat is een photobooth waarin je extreem kawaii wordt gemaakt. Je ogen worden groter, je krijgt een blos op je wangen én lippen (jep, ook de jongens) en je kunt er allemaal schattige poppetjes en figuurtjes op plaatsen. Maar waarom zou ik het ook uitleggen? Hier heb je het resultaat:
IMG_3127

Persoonlijk vind ik ons geweldig. Als ik dit zo zie zou ik echt denken : ja, dat zijn mensen waar ik mee zou willen hangen, je weet zelf!
Maar ja. Kan het natuurlijk gigantisch mis hebben.

IMG_3517

Maandag was het “wat wil je nog doen?” dag. We vertrokken naar Akihabara voor games en arcades, want Jeroen moest nog het een en ander hebben. Armindo kwam tot de conclusie dat hij liever wilde spelen in Yoyogi en ik heb de boys nog mee gesleept richting de wijk Ginza, op zoek naar meer haori’s. Jeroen was moe (hij was zo’n vijftig gamewinkels in gerend en was kapot van zijn zoektocht) dus we deden het lekker rustig aan. Het was nog steeds prima weer, ik vond uiteindelijk na lang zoeken toch nog 2 haori’s (kimono jasjes voor degene die google nog niet hebben opgestart) dus ik kon ook tevreden terug.

Dinsdag was het al helemaal een gekke dag want wezouden ’s avonds vertrekken naar het vliegveld omdat we om 01:55 uur vlogen. Dus hadden we onze spullen in het hotel klaar gezet en gingen een extra koffer halen voor Armindo en een grote tas voor mij. Ja, heel erg – ik had twee koffers én nog een tas…

Daarna vertrokken naar Yoyogi, zodat Armindo nog zijn laatste arcade game kon spelen. Ik won zelf ook nog een onwijs leuk poppetje (naast alle knuffelbeesten die ik voor Dylan mee had genomen paste dat er ook nog wel bij…) , heb nog een tussenstop gedaan in Harajuku (wederom Jeroen in een zijstraat moeten stallen) om nog een haori te scoren (jep, ook daar heb ik er nu vier van) en daarna door naar Shinjuku om op het gebouw van de overheid te klimmen voor een beetje uitzicht. Het was ook echt maar een beetje, maar het was leuk. Niet spectaculair.

 

Daarna zijn we terug naar Ueno gegaan en hebben we gegeten en gedronken in een heel leuk sfeervol restaurantje ergens op een zevende verdieping.
Daar hebben we even de balans opgemaakt over deze geweldige reis (top 5 favoriete Japanners, top 3 Jeroen-momenten, etc etc) die ik uiteraard nog ga plaatsen.
Daarna zijn we met slakkengang naar het vliegveld gegaan waar Armindo de sakura lounge vond. Helaas pas nadat we al hadden gegeten (wisten wij veel…) want er was gratis eten voor ons, gratis drinken, wifi, stroom, hele relaxte zitplekken en werkplekken en zelfs een douche als je die nodig had. Véél meer luxe dan we hadden verwacht voor het geld dat wij hadden neergeteld voor ons vliegticket.
Nu moet ik zeggen dat je je sowieso ontzettend belangrijk voelt als je in Japan bent. Dat komt doordat ze daar ontzettend beleefd en behulpzaam zijn. In het vliegtuig was het net zo’n luxe ; nadat ik weer had liggen slapen als een dronken Japanner werd ik ’s ochtends gewekt met het meest uitgebreide vliegtuig ontbijt ooit, inclusief Häagen-dazs ijs.
Het contrast werd op Londen ook meteen weer duidelijk toen we weer Europese mensen tegen kwamen. Je was eigenlijk gewoon weer die kut toerist.

Inmiddels ben ik al weer even thuis. Het moment dat ik mijn huis binnen kwam rook ik opeens het huis in Kyoto weer. Bleek dat mijn vader een houten kast in mijn gang had gestald die hij kwijt moest. Die houtlucht deed  me meteen denken aan het houtwerk in dat prachtige huis! Ik heb een beetje suf mijn koffers geopend (die nu nog door de woonkamer liggen te slingeren) en mijn katten begroet. Leica was erg blij me te zien, Xabi leek zowaar ook tevreden dat ik er weer was. En hoewel ik heerlijk heb geslapen in mijn eigen bed, denk ik toch met weemoed terug aan de reis.
Was ik nog maar in Tokyo. Zou ik er willen wonen? Hell no. Maar nu is de reis waar ik al zó lang naar uitkeek voorbij. Aan alle mooie dingen komt een einde helaas.
Armindo en Jeroen waren geweldige reismaatjes! Ik zou zo weer met ze in het vliegtuig stappen naar een nieuw avontuur. Maar eerst maar weer aan het werk helaas. Reizen kost geld. Maar het is het zo ontzettend dubbel en dwars waard!

 

Liefs

Carin

 

 

Reisblog Japan : Terug in Tokyo (deel5)

Terug naar Tokyo

We waren met de shinkansen ruim drie uur onderweg terug naar Tokyo. Om de een of andere reden kunnen wij heerlijk slapen in het openbaar vervoer, dus die tijd ging zo voor bij. Als echte Japanners sukkelen we een beetje met onze ogen dicht op onze stoel en kijken zo stoned als de herten uit Nara als we bij het station zijn. Ik had inmiddels mijn kleine koffer uit de grote gehaald (tja, op gegeven moment heb je zoveel gekocht dat  het niet meer zo goed past…) en dat was  nogal lastig lopen. Toen we aankwamen bij de AirBnB bleek alleen dat de stroom in ons appartement was gesprongen en dat we er niet in konden. Het was inmiddels al 11 uur ’s avonds en de verhuurster had een alternatief voor ons.
Of nou ja.
We werden ergens in iemand’s huis gezet, (we denken de moeder van) die min of meer weg moest vluchten voor ons. Afwas stond er nog, bed net opgemaakt (Armindo en ik sliepen op de grond). De buurt was een soort Korea-town en we moesten twee lange trappen op voor we überhaupt in het kleine huisje terecht kwamen. Van wie dat huis was – we weten het niet. Maar het was duidelijk geen airbnb en we hebben dus gewoon onze nacht doorgebracht in het huis van een vreemde.
Avontuurtje hoor. Niet voor herhaling vatbaar, maar leuke anekdote. Helemaal als Jeroen er een dramatische draai aan geeft (“Moeder uit huis getrapt, pannen stonden nog op het vuur, woning leek wel een sauna.”)

We verlieten de tweede dag dus die plek met een pocket wifi die we hadden gehad als bruikleen zodat we bereikbaar waren. De verhuurster ging achter het probleem aan terwijl wij de trein in sukkelde om koers te zetten naar een enorme Gundam.
Ja, vraag me niet wat het is. Ik verwarde het met transformers, maar ik heb geen van beide series ooit gekeken en het was in mijn ogen gewoon een enorm ikea bouwpakket met een high tech glansje. Maar Armindo was er heel blij mee en Jeroen kon dat enthousiasme delen (ondanks dat hij de serie ook niet kent).
Ik was ondertussen met de verhuurster aan het appen want het probleem was toch groter dan verwacht en we zouden er pas twee dagen later in kunnen. We hadden meteen besloten dat we dat niet wilde : het was heel fijn dat we een nacht ergens konden slapen, maar we voelden ons niet op ons gemak in het huis van de moeder of vriendin of wie dan ook van. Dus vroegen we om een refund en moesten op zoek naar een andere slaapplaats. Hierdoor miste we wel een deel van de middag want het was niet makkelijk te vinden en uiteindelijk besloten we maar wat meer te betalen voor een hotel.
We zitten nu dus in een hotel, nogal hutje mutje op elkaar maar alles werkt in ieder geval, de buurt is ook echt héél erg leuk (Ueno, vlak bij het park) en we hoeven in elk geval niet meer te slepen met koffers.

Die volgende ochtend hebben we in een ware aardbeving gezeten. Jawel. Dit kon je zien doordat de elektriciteitskabels buiten aan het schudden waren en kopjes trilden. Het ding was alleen wel : dit gebeurde om 8:15 uur ’s ochtends en wij lagen natuurlijk allemaal op één oor. Ik kan nu dus Jeroen zijn versie gebruiken (“We waren bijna omgekomen, hele hotel stortte in en we ontkwamen nog maar net”) of gewoon de wat minder dramatische waarheid – we sliepen gewoon door en moesten achteraf van een vriendin van Armindo horen dat er een aardbeving was. Wij hebben er helemaal niks van gemerkt en het was ook nergens aan terug te zien.

Sakura

Die middag zijn we met Amy (een vriendin van Armindo uit Australië) in het park geweest om de sakura (kersenbloesem) te bewonderen. Het was heerlijk weer, ik heb zelfs mussen gevoerd in het park – die kwamen gewoon op mijn hand zitten. Ja, het was net een Disneyfilm. Alleen zong ik er niet bij, want dat stond voor ’s avonds op de planning.

sakura4

Karaoke & Moko

’s Avonds heb ik even met mijn lieve jarige neefje gebeld met video. Of nou ja, meer met mijn zusje. Dylan zag wel dat  ik het was, maar was meer bezig met kruipen (wat hij heeft geleerd sinds ik weg ben). Daarna gingen we op weg om een hapje te eten. Dat viel achteraf bij ons allemaal een beetje gek, maar we gingen die avond karaoke doen dus probeerde we ons weer een beetje op te peppen.
We liepen wat in de buurt Kanda tot mijn oog opeens viel op een stapel spullen die aan de straat stonden. Dat was al gek, want Japanners gooien geen afval op straat en dit was ook duidelijk geen afval. Er stond een bordje bij en ik bleef kijken. Niet dat ik Japans kan lezen, maar Amy en Armindo gelukkig wel en Amy vertaalde dat er stond dat je de spullen mee mocht nemen. Er stonden twee dingen die interessant waren : een poezen beeld in een vitrine en een japanse pop. De poes was véél te groot om mee te nemen en de pop zag er zó mooi uit dat ik haar direct op pakte.
Maar eerlijk is eerlijk : naast mooi is ze ook enorm creepy. De rest van de groep deed ook een pas naar achter toen ik haar oppakte om mee te nemen. “Die is vervloekt!”
Tja, het zou wel een horrorfilm kunnen worden inderdaad : vrouw pakt gratis enge pop op ergens in Tokyo en neemt deze mee.
Alleen Vincent, een van Armindo’s vrienden die hij de vorige reis heeft gemaakt, was onder de indruk. De rest keek er naar alsof ik een bom bij me droeg.

Karaoke was overigens fan-tas-tish. Oh my god. Je komt ergens boven bij het bedrijf – eigenlijk alles in Tokyo zit opgestapeld op elkaar. Het is hier helemaal niet gek om in een random lift te stappen naar een verdieping om een bar of winkel of restaurant te bezoeken. Shoppen doe je in Tokyo vaker verticaal dan horizontaal. De karaoke bar had dan ook meer verdiepingen en wij kregen kamer 520 toegewezen. Het was echt een aparte kamer met een eigen installatie, twee microfoons, een iPad om liedjes uit te kiezen en een andere tablet om drinken te bestellen.
En nou, daar gingen we hoor! Met z’n vijven zongen we de longen uit ons lijf met Queen, A-ha, Crowded House, Toto, Justin Bieber en the Village People.
Jeroen en ik vonden dat we helemaal de winnaars waren toen we als Aladdin en Jasmin ‘A whole new world’ gingen zingen. Vol overgaven. Kei-vals waarschijnlijk allemaal, maar wat kon dat boeien? Niemand hoorde je, en als dat wel zo was : niemand kent je.

Daarna zakte we nog even af in een lokale kroeg waar de locals na een dag werken allemaal een TGIF momentje hadden. Al moet ik zeggen dat Japanners dat iedere dag hebben. Je vindt ze regelmatig dronken op straat, kotsend, slapend, waggelend… echt een gezonde levensstijl kan dat nooit zijn. Maar deze kroeg was nog niet zo ver en iedereen was happy. Totdat ze de pop zagen : ze schrokken zich allen een pukkel toen ik er mee in mijn handen stond. Het was wel dé gesprek starter van de avond : ik moest aan tientallen Japanners uitleggen dat ik haar op straat had gevonden en mee had genomen. Aan hun gezichten te lezen vonden ze haar vrij creepy, al waren sommige ook wel echt onder de indruk van mijn vondst. Ik sprak een man in een grijs overhemd die zei dat ik haar een naam moest geven. Dat was gebruikelijk in Japan, dat dit soort voorwerpen een naam kreeg. Dus ik zei dat ze Moko heette. Volgens mij heb ik dat ooit ergens in een anime gezien.
Maar dat had ik vast verkeerd onthouden want hij barstte in lachen uit. “That means a kind of boring! You just called her bored!”
Hahaha oops. Nou ja, whats done is done. Moko it is.
Het was echt een geweldige avond! Voor het eerst zag ik de Japanners ook wat losser en het was heel gezellig!

De zaterdag er op had ik dus een kater. Wij alledrie. Het eten was ook niet zo goed gevallen en Armindo was sowieso niet lekker. Dus hebben we in de trein geslapen op weg naar een geweldig natuurgebied om te hiken – uiteraard kwamen we daar wat laat aan door ons trage tempo en hebben we de stoeltjeslift genomen. Toen we eenmaal halverwege uit moesten stappen kwamen we er achter dat we nog drie kwartier hadden om te lopen voor de lift sloot. Dus echt ver zijn we niet gekomen maar we hadden wel een prachtig uitzicht. En we hadden zaterdagavond zo genoten dat het allemaal dubbel en dwars waard was.

 

Wie heeft er zin in karaoke binnenkort?

Tot de volgende blog!

Carin
(Jeroen en Armindo)

_MG_5334_MG_5354

_MG_4856_MG_5384IMG_3356_MG_5283_MG_5287_MG_5290_MG_5298

 

 

 

 

 

Reisblog Japan : Osaka & Hiroshima (deel4)

Osaka

Vanuit Nara vertrokken we naar Osaka, waar we laat in de avond aankomen. Onze wijk Fukushima (nee, niet díe Fukushima) zag er gezellig maar enigszins verlaten uit. Het is sowieso opvallend dat Japanners op hele rare tijden openen en sluiten. Oke, het was zondag avond, maar in Nederland zijn de kroegen en restaurants dan gewoon open. Hier lang niet allemaal. Toch gek voor zo’n grote stad.
Jeroen kon het appartement snel vinden. Dat was best knap, gezien hij deze reis stelselmatig de verkeerde kant op slaat. Hij loopt ook altijd voorop (vanwege zijn nieuwsgierigheid of misschien gewoon de langste benen?) en dus ook bij uitstek verkeerd. Armindo en ik noemen hem ‘ons kapotte compasje’. Als hij ergens heen wil, weten we zeker dat we de andere kant op moeten. Sorry Jeroen, maar jouw ingebouwde GPS is stuk.

De eerste dag hadden we een zeer relaxt dagje Osaka. We begonnen bij het museum of Housing & Living. Een niet al te groot museum dat een klein straatje had nagebootst van het Osaka uit de Edo periode. We hadden het wat groter verwacht, maar het was een leuk museumpje om te zien.
Daarna zijn we doorgelopen naar het park vlakbij Osaka Castle. Ik wilde daar eigenlijk heel graag in, maar toen we bij het park aankwamen en de sakura in bloei zagen staan vertraagde onze hele dag naar ‘relax’ modus. Na even uit te rusten onder de bloesembomen sloften we naar het kasteel. Daar stond een rij van hier tot Gunter dus besloten we die toch over te slaan en werpsterren te gaan gooien als echte ninja’s. Of nou ja. Armindo dan. Ik raakte er slechts 1 van de 5 en werd uitgelachen door de jongen achter de balie. Hij zei me dat ik geen ninja kon worden. Ik was verbrouweerd ; Japanners die je uitlachen en ook nog eens direct zijn? “Ok, i’ll just leave then…” mompelde ik verslagen. Daarop werd natuurlijk ook gelachen. Oke. Dus ik ben geen ninja geworden. Die droom is over.

_MG_5062_MG_5082_MG_5099

Jeroen wilde in de avond nog perse naar het Pokemon Center. Niet omdat zijn Snorlax gewond was geraakt en nodig medische hulp nodig had, maar omdat … ja ik weet niet meer precies waarom. Maar hij moest er heen en wij gingen mee.
Daar aangekomen zag ik nog weinig bekende Pokemon. De nieuwste generatie was een raadsel voor me : ik zag een soort bal met pootjes zonder ogen, een enorme mond met uitsteeksels, een Pikachu die aan de drugs zat… bizar. Ik voelde me oud. Ik wist dat ik mijn zwager geen plezier zou doen als ik een Pikachu mee zou nemen. Hij heeft een hekel aan Pikachu omdat die zo ‘overrated’ is. Kan ik inkomen… ik zie overal Pikachu. Maar misschien dat junkiechu wel oke was geweest?

Hiroshima

We gingen wat vroeger op dan normaal om de shinkansen naar Hiroshima te nemen. Het was een heel eind maar uiteindelijk was die trein toch nog sneller dan verwacht en kwamen we nog vóór het middaguur aan. We sprongen meteen in de bus naar het Atomic Bomb Monument. Het bekende gebouw dat is overgebleven als een van de weinige na de atoombom. Het was bizar om te zien. Toen we de bus uit kwamen voelde je al meteen de sfeer. Beladen. Het was echt heerlijk weer, 20 graden, maar het was stil en bedrukt. Bij het monument stond een dame om handtekeningen te vragen tegen kernwapens. Of dit ooit wat uit gaat maken betwijfel ik, maar ik heb hem gegeven. Met niks doen kom je sowieso nergens.

Het museum verderop werd verbouwd, maar was desalniettemin indrukwekkend. Je kreeg eerst te zien waar de bom viel en daarna interviews met overlevenden. Dit was heel heftig! De verhalen die ze hadden waren vreselijk! Aan het eind van de tour lagen er nog verbrande kledingstukken en eigendommen van mensen die waren gestorven tijdens of kort na de atoombom. Dit was heel indrukwekkend en aangrijpend om te zien. Je weet al lang dat je tegen kernwapens bent, maar hier voel je nog eens extra de pijn die het veroorzaakt. Dit mag gewoon nooit meer gebeuren.

Na deze beladen ochtend zijn we doorgereis naar het eiland Miyajima, waar een van de bekendste torii’s staat. Het voelde alsof we een vakantie in onze vakantie hadden: het was echt zomerweer, we voeren naar een eiland toe en het voelde alsof de zware ochtend al dagen geleden was geweest. We kochten lokale lekkernijen die we probeerde op te eten maar werden gedwongen te inhaleren als een soort stofzuiger omdat we werden belaagd door een hert (die daar overigens ook los liepen). Het hert werd zelfs zo brutaal dat hij Jeroen aanviel en bijna had gedood voordat wij wisten te ontsnappen. (Dit is uiteraard de overdreven versie die Jeroen waarschijnlijk zal vertellen, de waarheid is dat het beest een hap uit zijn plastic tas wilde nemen en Jeroen het hert heeft weggeduwd)
Gelukkig heeft hij het later allemaal goed weten te maken met het Hiroshima-hert door een goed gesprek er mee te voeren nadat het daarna een restaurant in wilde lopen. (“Waar denk je nou dat je heen gaat? Dit gaan we niet doen. Nee.” – duwt hert zachtjes de andere kant op – “Dat snap je zelf ook wel, dit is waar we het net nog over hadden. Kan niet.”)
Jeroen verloor want het hert ging alsnog eten halen bij het restaurant. Hij scheen vaste klant te zijn.

IMG_3397.jpg

We hebben nog een heerlijke wandeling gemaakt voordat de zon onder ging. Ik wilde wachten op het juiste moment om de torrii vast te leggen, want met daglicht was het geen fijn plaatje. Dus ik heb netjes gewacht tot de zon weg was.

_MG_5124

IMG_2883

De laatste dag Osaka hebben we voornamelijk geshopt. We moesten alweer vertrekken naar Tokyo in de avond dus hebben de dag lekker rustig op ons gemakje doorgebracht. Osaka is echt een leuke stad! Zeker aan te raden voor de mensen die naar Japan willen gaan : het heeft sfeer, de mensen zijn er vriendelijk en het eten is er echt heerlijk! Wij zijn naar zo’n typisch BBQ restaurant geweest en hebben daar genoten! Ik kan oprecht zeggen : Osaka, dat is echt een leuke stad!

IMG_2801

Next up : Terug naar Tokyo!

Tot de volgende blog!

Carin
(Jeroen en Armindo)